In It’s a wonderful world ben je de heerser over een imperium. Om ook over de wereld te kunnen heersen, zal je je imperium sneller en beter moeten ontwikkelen dan je concurrenten. Kies de toekomstige uitbreidingen van jouw imperium met zorg en vergroot je productie. Heb jij na vier rondes de meeste overwinningspunten bij elkaar weten te sprokkelen? Dan ben jij de winnaar van It’s a wonderful world!

It’s a wonderful world (2019) is een 'engine builder'. Het spel wordt gespeeld over vier rondes. Een ronde bestaat uit drie fases, te weten de ontwerpfase, de planningsfase en de productiefase.
In de ontwerpfase krijgt elke speler zeven ontwikkelingskaarten van de trekstapel. Elke speler kiest nu één van deze kaarten en legt deze kaart nog even gesloten voor zich neer totdat alle spelers een kaart hebben gekozen. De gekozen kaarten worden nu opengedraaid en in het ontwerpgebied van de speler gelegd. De niet-gekozen ontwikkelingskaarten worden vervolgens doorgegeven aan de speler links of rechts van je, afhankelijk van in welke ronde het spel zich bevindt. Dit gaat door totdat elke speler zeven ontwikkelingskaarten in zijn ontwerpgebied heeft liggen.
Daarna volgt de planningsfase. Voor elke kaart die een speler in het ontwerpgebied heeft liggen, moet de speler beslissen wat hij of zij met die kaart wil doen. Er zijn twee mogelijkheden, namelijk recyclen of bouwen.
Wanneer er wordt gekozen voor recyclen, dan wordt de kaart op de aflegstapel gelegd en mag de speler de recyclebonus van de kaart nemen. Ehm, wat? De recyclebonus? Hoog tijd om de ontwikkelingskaarten eens nader onder de loep te nemen.

Ontwikkelingshulp
Allereerst hebben alle ontwikkelingskaarten één van de vijf kleuren die binnen het spel voorkomen: grijs (bouwmateriaal), zwart (energie), groen (kennis), geel (goud) of blauw (onderzoek). Naast de afbeelding in het midden en de naam bovenaan de kaart, is op de ontwikkelingskaarten nog een aantal dingen te zien. Aan de linkerzijde van de kaart is een aantal velden te zien die verschillende kleuren met symbolen kunnen hebben. Dit zijn de bouwkostvelden. Deze komen overeen met de grondstoffen die nodig zijn om een ontwikkelingskaart te kunnen bouwen.
Aan de onderzijde van de ontwikkelingskaart bevindt zich een balk waar in het midden één of meer grondstoffen zijn afgebeeld. Deze krijg je tijdens de productiefase, maar alleen als je de kaart ook daadwerkelijk hebt gebouwd en aan je imperium hebt kunnen toevoegen. Links in de balk kunnen overwinningspunten staan, die je aan het einde van het spel krijgt. Rechts in de balk staat het productiesymbool van de kaart.
Aan de onderzijde van de ontwikkelingskaart bevindt zich een balk waar in het midden één of meer grondstoffen zijn afgebeeld. Deze krijg je tijdens de productiefase, maar alleen als je de kaart ook daadwerkelijk hebt gebouwd en aan je imperium hebt kunnen toevoegen. Links in de balk kunnen overwinningspunten staan, die je aan het einde van het spel krijgt. Rechts in de balk staat het productiesymbool van de kaart.
Net boven de balk kunnen in het midden nog bonussen staan. Deze bonus krijg je direct zodra je een kaart hebt afgebouwd en bestaat uit één of meer blokjes crystallium, generaals of financiers. En rechts boven de balk, direct boven het productiesymbool, daar staat dan dus die recyclebonus. Dit is een grondstof die je krijgt door de kaart vanuit je ontwerpgebied op de aflegstapel te leggen. De grondstof leg je direct of op je imperiumkaart of op een ontwikkelingskaart die zich in aanbouw bevindt.
Naast recyclen kan je er ook voor kiezen om ontwikkelingskaarten te bouwen. Je wilt je imperium immers uitbreiden en, hoewel recyclen goed voor de wereld is, wordt je imperium er niet veel groter van. Om een ontwikkelingskaart te kunnen bouwen, verplaats je de kaart van het ontwerpgebied naar het bouwgebied. Zodra de spelers alle kaarten uit hun ontwerpgebied ofwel hebben gerecyled ofwel naar hun bouwgebied hebben verplaatst, begint de productiefase.
Naast recyclen kan je er ook voor kiezen om ontwikkelingskaarten te bouwen. Je wilt je imperium immers uitbreiden en, hoewel recyclen goed voor de wereld is, wordt je imperium er niet veel groter van. Om een ontwikkelingskaart te kunnen bouwen, verplaats je de kaart van het ontwerpgebied naar het bouwgebied. Zodra de spelers alle kaarten uit hun ontwerpgebied ofwel hebben gerecyled ofwel naar hun bouwgebied hebben verplaatst, begint de productiefase.

Productie, productie, productie
Tijdens de productiefase worden de vijf grondstoffen geproduceerd in de volgende volgorde: bouwmateriaal (grijs), energie (zwart), kennis (groen), goud (geel) en onderzoek (blauw). Te beginnen met de eerste grondstof telt elke speler nu het aantal symbolen behorende bij die grondstof op dat aanwezig is binnen het eigen imperium. Alleen de symbolen op de imperiumkaart en de al gebouwde ontwikkelingskaarten tellen mee. Elke speler pakt dit aantal grondstoffen uit de voorraad en legt de grondstoffen direct op één van de in aanbouw zijnde ontwikkelingskaarten of op de imperiumkaart. Zodra een grondstof is geplaatst, mag deze niet meer worden verplaatst.
Zodra alle bouwkostvelden van een ontwikkelingskaart gevuld zijn, is de bouw gereed en mag de ontwikkelingskaart direct naar het imperium worden verplaatst. De kaart produceert vanaf dat moment ook direct, maar natuurlijk niet met terugwerkende kracht. Anders gezegd: is er bijvoorbeeld net energie (zwart) geproduceerd en zijn alle bouwkostenvelden van een bepaalde ontwikkelingskaart op dat moment gevuld, dan wordt de kaart direct naar het imperium verplaatst. Als met die kaart bijvoorbeeld zowel bouwmateriaal (grijs) als goud (geel) geproduceerd wordt, dan levert de ontwikkelingskaart deze ronde alleen nog goud op, maar geen bouwmateriaal. De productie van het bouwmateriaal is deze ronde immers al gebeurd.
Zo wordt er geproduceerd voor elk van de vijf grondstoffen. De speler die tijdens het produceren van een grondstof meer grondstoffen ontvangt dan welke andere speler ook, krijgt de machtbonus. De machtbonus is een generaal of financier in de vorm van een personenfiche. Deze fiches worden bewaard op of in de nabijheid van de imperiumkaart.
Zodra er vijf grondstoffen op de imperiumkaart liggen, worden deze direct omgezet in één crystallium (rood). Deze grondstof kan ingezet worden als joker, maar zijn voor bepaalde kaarten ook nodig om de kaart af te bouwen. Doe jezelf een plezier en zet de blokjes niet direct in, tenzij je een interessante ontwikkelingskaart kunt afbouwen, bijvoorbeeld een kaart die jou als bouwbonus twee crystallium oplevert.
Het is toegestaan om kaarten in aanbouw af te leggen. Je krijgt dan alsnog de recyclebonus maar in plaats van dat je deze grondstof op een andere in aanbouw zijnde ontwikkelingskaart mag leggen, wordt de grondstof op de imperiumkaart gelegd. De grondstoffen die eerder al op de ontwikkelingskaart waren gelegd, gaan verloren en worden terug in de voorraad gelegd. Een dergelijke actie wil je natuurlijk zo min mogelijk hoeven te doen, maar het zal je maar net die vijfde grondstof en daarmee één crystallium opleveren. Als je daarmee nu net die ene ontwikkelingskaart die veel overwinningspunten oplevert kunt afbouwen, kan het dus zeker interessant zijn. Weet dus dat het kan.
Zodra alle spelers hun grondstofblokjes voor elk van de vijf verschillende grondstoffen hebben geplaatst is een ronde afgelopen. Het spel eindigt na de vierde ronde. Nu is het tijd om te bepalen hoeveel overwinningspunten ieders imperium waard is.
Zodra alle bouwkostvelden van een ontwikkelingskaart gevuld zijn, is de bouw gereed en mag de ontwikkelingskaart direct naar het imperium worden verplaatst. De kaart produceert vanaf dat moment ook direct, maar natuurlijk niet met terugwerkende kracht. Anders gezegd: is er bijvoorbeeld net energie (zwart) geproduceerd en zijn alle bouwkostenvelden van een bepaalde ontwikkelingskaart op dat moment gevuld, dan wordt de kaart direct naar het imperium verplaatst. Als met die kaart bijvoorbeeld zowel bouwmateriaal (grijs) als goud (geel) geproduceerd wordt, dan levert de ontwikkelingskaart deze ronde alleen nog goud op, maar geen bouwmateriaal. De productie van het bouwmateriaal is deze ronde immers al gebeurd.
Zo wordt er geproduceerd voor elk van de vijf grondstoffen. De speler die tijdens het produceren van een grondstof meer grondstoffen ontvangt dan welke andere speler ook, krijgt de machtbonus. De machtbonus is een generaal of financier in de vorm van een personenfiche. Deze fiches worden bewaard op of in de nabijheid van de imperiumkaart.
Zodra er vijf grondstoffen op de imperiumkaart liggen, worden deze direct omgezet in één crystallium (rood). Deze grondstof kan ingezet worden als joker, maar zijn voor bepaalde kaarten ook nodig om de kaart af te bouwen. Doe jezelf een plezier en zet de blokjes niet direct in, tenzij je een interessante ontwikkelingskaart kunt afbouwen, bijvoorbeeld een kaart die jou als bouwbonus twee crystallium oplevert.
Het is toegestaan om kaarten in aanbouw af te leggen. Je krijgt dan alsnog de recyclebonus maar in plaats van dat je deze grondstof op een andere in aanbouw zijnde ontwikkelingskaart mag leggen, wordt de grondstof op de imperiumkaart gelegd. De grondstoffen die eerder al op de ontwikkelingskaart waren gelegd, gaan verloren en worden terug in de voorraad gelegd. Een dergelijke actie wil je natuurlijk zo min mogelijk hoeven te doen, maar het zal je maar net die vijfde grondstof en daarmee één crystallium opleveren. Als je daarmee nu net die ene ontwikkelingskaart die veel overwinningspunten oplevert kunt afbouwen, kan het dus zeker interessant zijn. Weet dus dat het kan.
Zodra alle spelers hun grondstofblokjes voor elk van de vijf verschillende grondstoffen hebben geplaatst is een ronde afgelopen. Het spel eindigt na de vierde ronde. Nu is het tijd om te bepalen hoeveel overwinningspunten ieders imperium waard is.

Les Pays-Bas, douze points
Als eerste worden de kaarten met de directe overwinningspunten geteld. Dit zijn kaarten in het imperium die geen betrekking hebben op één van de kaartsoorten of op de personenfiches. Een voorbeeld van zo’n ontwikkelingskaart is de kaart ‘Ancient Astronauts’, die je tien overwinningspunten oplevert.
Vervolgens worden de kaarten met de gecombineerde overwinningspunten geteld. Dit zijn de kaarten in het imperium die overwinningspunten voor een bepaalde kaartsoort geven. Een voorbeeld van zo’n ontwikkelingskaart is de kaart ‘National Monument’, die je twee overwinningspunten voor elke gele kaart in je imperium oplevert.
Als laatste worden de personenfiches geteld. Elke generaal en financier is in ieder geval één overwinningspunt waard. Heb je kaarten in het imperium die je een overwinningspunt voor één van de twee soorten personenfiches geven, dan is die soort personenfiche meer overwinningspunten waard. Een voorbeeld van zo’n ontwikkelingskaart is de kaart ‘Super-Soldiers’, die je één extra overwinningspunt per generaal oplevert. Hiermee is elke generaal dus twee overwinningspunten waard. Heb je meer van dit soort ontwikkelingskaarten en ook veel van die personenfiches, dan kan het aantal overwinningspunten dus snel oplopen.
Vervolgens worden de kaarten met de gecombineerde overwinningspunten geteld. Dit zijn de kaarten in het imperium die overwinningspunten voor een bepaalde kaartsoort geven. Een voorbeeld van zo’n ontwikkelingskaart is de kaart ‘National Monument’, die je twee overwinningspunten voor elke gele kaart in je imperium oplevert.
Als laatste worden de personenfiches geteld. Elke generaal en financier is in ieder geval één overwinningspunt waard. Heb je kaarten in het imperium die je een overwinningspunt voor één van de twee soorten personenfiches geven, dan is die soort personenfiche meer overwinningspunten waard. Een voorbeeld van zo’n ontwikkelingskaart is de kaart ‘Super-Soldiers’, die je één extra overwinningspunt per generaal oplevert. Hiermee is elke generaal dus twee overwinningspunten waard. Heb je meer van dit soort ontwikkelingskaarten en ook veel van die personenfiches, dan kan het aantal overwinningspunten dus snel oplopen.

Alleen op de wereld
It's a wonderful world kan ook solo worden gespeeld, maar dan wel met een aantal wijzigingen. Je begint het spel met het vormen van acht stapels van elk vijf ontwikkelingskaarten. Dit zijn de zogenaamde ontwikkelingsdepots. De ontwerpfase wordt overgeslagen, kaarten draften in je eentje gaat natuurlijk niet.
Je begint dus direct met de planningsfase. In elke planningsfase neem je de vijf kaarten uit één van de ontwikkelingsdepots naar keuze. Naast het recyclen en het verplaatsen naar het bouwgebied van de ontwikkelingskaarten, heb je nu ook de mogelijkheid om twee kaarten naar keuze af te leggen. Daarvoor neem je in de plaats vijf ontwikkelingskaarten van de trekstapel. Van die vijf kaarten neem je één kaart op handen en leg je de andere vier kaarten af. Je kunt dit proces blijven herhalen zolang je nog ten minste twee ontwikkelingskaarten op handen hebt. Dit is een handige manier om meerdere kaarten te bekijken en zo kaarten te krijgen die het beste bij je strategie passen.
Nadat je de ontwikkelingskaarten uit het eerste ontwikkelingsdepot hebt benut, doe je hetzelfde met de kaarten uit een tweede ontwikkelingsdepot. Daarna begint de productiefase die op nagenoeg dezelfde wijze wordt gespeeld als dat je dat multiplayer zou doen. Het enige dat anders is, is het verkrijgen van de machtbonus. Om deze te verdienen, zal je ten minste vijf grondstoffen van een soort moeten produceren.
Ook nu eindigt het spel na de vierde ronde en wordt de eindscore bepaald zoals eerder aangegeven. De eindscore vergelijk je vervolgens met de tabel. Weet jij het tot een levende god te schoppen?
Niet iedereen houdt van een ‘beat your own score’ en gelukkig is ook aan die spelers gedacht. Er zitten zes soloscenario’s bij het spel waarin je het spel al begint met een aantal ontwikkelingskaarten in je bouwgebied. Dit bepaalt mede de strategie die je bij het scenario moet hanteren. Je wint het scenario alleen als je die ontwikkelingskaarten aan het einde van het spel ook daadwerkelijk aan je imperium hebt weten toe te voegen.
Je begint dus direct met de planningsfase. In elke planningsfase neem je de vijf kaarten uit één van de ontwikkelingsdepots naar keuze. Naast het recyclen en het verplaatsen naar het bouwgebied van de ontwikkelingskaarten, heb je nu ook de mogelijkheid om twee kaarten naar keuze af te leggen. Daarvoor neem je in de plaats vijf ontwikkelingskaarten van de trekstapel. Van die vijf kaarten neem je één kaart op handen en leg je de andere vier kaarten af. Je kunt dit proces blijven herhalen zolang je nog ten minste twee ontwikkelingskaarten op handen hebt. Dit is een handige manier om meerdere kaarten te bekijken en zo kaarten te krijgen die het beste bij je strategie passen.
Nadat je de ontwikkelingskaarten uit het eerste ontwikkelingsdepot hebt benut, doe je hetzelfde met de kaarten uit een tweede ontwikkelingsdepot. Daarna begint de productiefase die op nagenoeg dezelfde wijze wordt gespeeld als dat je dat multiplayer zou doen. Het enige dat anders is, is het verkrijgen van de machtbonus. Om deze te verdienen, zal je ten minste vijf grondstoffen van een soort moeten produceren.
Ook nu eindigt het spel na de vierde ronde en wordt de eindscore bepaald zoals eerder aangegeven. De eindscore vergelijk je vervolgens met de tabel. Weet jij het tot een levende god te schoppen?
Niet iedereen houdt van een ‘beat your own score’ en gelukkig is ook aan die spelers gedacht. Er zitten zes soloscenario’s bij het spel waarin je het spel al begint met een aantal ontwikkelingskaarten in je bouwgebied. Dit bepaalt mede de strategie die je bij het scenario moet hanteren. Je wint het scenario alleen als je die ontwikkelingskaarten aan het einde van het spel ook daadwerkelijk aan je imperium hebt weten toe te voegen.

It’s a wonderful world: Corruption & Ascension
Voor It’s a wonderful world werd er ook een aantal uitbreidingen uitgebracht, te beginnen met Corruption & Ascension (2020). Naast een aantal gewone ontwikkelingskaarten bevat deze uitbreiding een aantal ontwikkelingskaarten die tijdens het spel corruptie produceren of aan het einde van het spel een bonus opleveren.
De corruptiekaarten leveren je tijdens de productiefase nog steeds een aantal grondstoffen op, maar kosten je ook grondstoffen. Deze corrupte grondstoffen tellen ook niet mee bij het bepalen van de machtbonus. Een voorbeeld van zo’n ontwikkelingskaart is de kaart ‘Secret Base’, die je tijdens de productiefase drie blauwe blokjes (onderzoek) oplevert. Produceer je ook zwarte blokjes (energie), dan krijg je daar deze ronde een blokje minder van, aangezien deze grondstof corrupt is.
De bonuskaarten geven je een aantal overwinningspunten voor een bepaalde combinatie van twee kaartsoorten. Aan het einde van het spel kijk je hoeveel ontwikkelingskaarten je van die twee kaartsoorten in het imperium hebt liggen. Eén ontwikkelingskaart van beide kaartsoorten vormt een set en elke set levert je een aantal overwinningspunten op. Veel overwinningspunten zelfs. Daar staat tegenover dat je ook extra veel grondstoffen nodig hebt om zulke ontwikkelingskaarten te kunnen bouwen. Je zal dus al vroeg in het spel zo’n kaart in je bouwgebied willen krijgen zodat je er ook alles aan kan doen om de kaart ook daadwerkelijk te bouwen. Een voorbeeld van zo’n kaart is de kaart ‘Immortality’, die je negen overwinningspunten voor elke set met een groene en gele kaart oplevert.

Ook solo?
De uitbreiding is ook geschikt voor de solospeler. Ook nu begin je het spel met het vormen van acht stapels van elk vijf ontwikkelingskaarten. De ontwikkelingsdepots bestaan nu uit drie ontwikkelingskaarten uit het basisspel en twee kaarten uit de uitbreiding.
Verder heb je nu twee trekstapels: één trekstapel met de ontwikkelingskaarten uit het basisspel en één trekstapel met de ontwikkelingskaarten uit de uitbreiding. Wanneer je twee ontwikkelingskaarten aflegt om nieuwe kaarten te trekken, zal je de keuze moeten maken om of kaarten uit het basisspel te nemen of kaarten uit de uitbreiding. Je mag niet uit de beide stapels nemen.
Als je kiest voor kaarten uit het basisspel, dan trek je vijf ontwikkelingskaarten van de trekstapel en houd je er één. Dit is niet anders dan de soloregels uit het basisspel voorschrijven. Kies je echter voor kaarten uit de uitbreiding, dan trek je drie ontwikkelingskaarten van de trekstapel van de uitbreiding en houd je er één.
Behalve nieuwe ontwikkelingskaarten die meer mogelijkheden aan het spel toevoegen, komt de uitbreiding ook met zes nieuwe soloscenario’s.
Als je kiest voor kaarten uit het basisspel, dan trek je vijf ontwikkelingskaarten van de trekstapel en houd je er één. Dit is niet anders dan de soloregels uit het basisspel voorschrijven. Kies je echter voor kaarten uit de uitbreiding, dan trek je drie ontwikkelingskaarten van de trekstapel van de uitbreiding en houd je er één.
Behalve nieuwe ontwikkelingskaarten die meer mogelijkheden aan het spel toevoegen, komt de uitbreiding ook met zes nieuwe soloscenario’s.

Tijd voor een campagne
It’s a wonderful world: War or Peace
Een andere uitbreiding voor It’s a wonderful world is War & Peace (2020). Met deze uitbreiding wordt er een campagne van zes scenario’s aan het spel toegevoegd. Hiervan speel je vijf scenario’s. De campagne kan ook solo gespeeld worden in vier moeilijkheidsgraden. Aan het begin van de campagne kies je voor een moeilijkheidsgraad. De moeilijkheidsgraad bepaalt de doelscore die je ten minste dient te behalen om een scenario te kunnen winnen. Ongeacht of je de doelscore haalt, mag je door naar het eerstvolgende scenario. Haal je de doelscore echter niet, dan moet je wel eerst een nederlaagkaart in ontvangst nemen. Verlies je nog een scenario? Dan krijg je nog een nederlaagkaart en moet je het scenario opnieuw spelen. Verlies je een derde keer, dan heb je de campagne verloren en zit er niets anders op dan de campagne helemaal vanaf het begin opnieuw te spelen.
It’s a wonderful world: Leisure & Decadence
De laatste uitbreiding voor It’s a wonderful world is Leisure & Decadence (2020). Met deze uitbreiding wordt nog een campagne van zes scenario’s aan het spel toegevoegd. Deze uitbreiding heb ik zelf niet, dus ik kan niet zeggen wat deze uitbreiding aan het spel toevoegt.
De regels van het spel zijn eenvoudig. Dat geldt zowel voor het basisspel als voor de verschillende uitbreidingen. De setup van het spel neemt hooguit een paar minuten in beslag, zeker als je een goede insert hebt. Solo neemt een potje rond de 25 minuten in beslag. Multiplayer kan dit al snel oplopen, zeker met spelers die keuzestress ervaren.
Het spel bestaat vooral uit kaarten, die van een prima kwaliteit zijn. De personenfiches zijn gemaakt van dik karton en blokjes in verschillende kleuren vormen de verschillende grondstoffen in het spel. Niks mis mee.
Het artwork spreekt mij persoonlijk niet erg aan. Sterker nog, ik heb het spel om die reden ook lang links laten liggen. Ik bedoel maar: op de ene kaart zie je een zomers tafereeltje en op een andere kaart staat een vliegdekschip of een kerncentrale. In mijn hoofd klopt dat niet. Maar toch, nadat het spel bij vrienden op tafel kwam en de gameplay me toch wel aansprak, heeft het niet lang geduurd voordat het spel en de uitbreidingen ook aan mijn collectie toegevoegd werden.
It’s a wonderful world: Leisure & Decadence
De laatste uitbreiding voor It’s a wonderful world is Leisure & Decadence (2020). Met deze uitbreiding wordt nog een campagne van zes scenario’s aan het spel toegevoegd. Deze uitbreiding heb ik zelf niet, dus ik kan niet zeggen wat deze uitbreiding aan het spel toevoegt.
De regels van het spel zijn eenvoudig. Dat geldt zowel voor het basisspel als voor de verschillende uitbreidingen. De setup van het spel neemt hooguit een paar minuten in beslag, zeker als je een goede insert hebt. Solo neemt een potje rond de 25 minuten in beslag. Multiplayer kan dit al snel oplopen, zeker met spelers die keuzestress ervaren.
Het spel bestaat vooral uit kaarten, die van een prima kwaliteit zijn. De personenfiches zijn gemaakt van dik karton en blokjes in verschillende kleuren vormen de verschillende grondstoffen in het spel. Niks mis mee.
Het artwork spreekt mij persoonlijk niet erg aan. Sterker nog, ik heb het spel om die reden ook lang links laten liggen. Ik bedoel maar: op de ene kaart zie je een zomers tafereeltje en op een andere kaart staat een vliegdekschip of een kerncentrale. In mijn hoofd klopt dat niet. Maar toch, nadat het spel bij vrienden op tafel kwam en de gameplay me toch wel aansprak, heeft het niet lang geduurd voordat het spel en de uitbreidingen ook aan mijn collectie toegevoegd werden.

Conclusie
It’s a wonderful world blijft een leuk spel, zowel multiplayer als solo. Al denk ik wel dat ik hem leuker vind als multiplayer, in ieder geval alleen het basisspel. Het gebruik van de ontwikkelingsdepots vind ik toch minder fijn werken dan het draften van kaarten. De soloscenario’s vind ik dan wel weer leuk.
Voeg daar de campagne van It’s a wonderful world: War or Peace aan toe en dat maakt dat It’s a wonderful world op vele manieren gespeeld kan worden... en dat wordt hier thuis dan ook nog steeds met regelmaat gedaan.
Review door Corien de Jongh © voor De Solospelers ©
Pro
+ Het spel is snel opgezet
+ Zowel BYOS als scenario’s met een doelscore
Con
- Het artwork spreekt mij niet aan
REFERENTIEPUNTEN
Thema: 2/5
Art/Componenten: 6/10
Spelregels: 5/5
Setup/Speeltijd: 4/5
Geluk versus strategie: 3/5
Win-/Verliesconditie: 5/5
Herspeelbaarheid: 3/5
Spelplezier: 7/10
ALGEMENE SCORE: 7,0/10